maandag 12 november 2007

Toen ik 18 werd...

Wouter van den Berg schreef op 11 november een mooi stuk over de drie boeken die hij kreeg op zijn 18e verjaardag.
Ik werd op 24 september 1971 18 jaar en ik kreeg ook drie boeken: The progress of a crime van Julian Symons, Der Prozess van Franz Kafka en Pnin van Vladimir Nabokov.
Mijn vader was een katholieke loodgieter, een onbelezen man - dus ik had de titels voor hem opgeschreven en ik had ook al gecontroleerd of de boeken te koop zouden zijn bij Boekhandel Zwaan te Alkmaar. (Die boekhandel bestaat nog steeds. Ze zitten alleen sinds ongeveer 1990 op een ander adres.)
Ik heb ze alledrie nog. Dat boek van Julian Symons schijnt ook in het Nederlands verschenen te zijn, onder de titel Een nozemmisdaad (hoewel er in Engeland helemaal geen nozems bestonden, die bestonden alleen in Amsterdam), het was zijn thrillerdebuut. Er bestaat een foto waarop Agatha Christie een prijs uitreikt van de British Crime Club aan Cecil Jenkins, R.J. White en Julian Symons. Foto uit 1960 ongeveer.
Over Der Prozess van Kafka hoef ik u helemaal niets te vertellen. Dat heeft u allen gelezen. Toch?
Met Pnin is mijn liefde voor Nabokov begonnen. En via Nabokov mijn liefde voor Karel van het Reve. En via KvhR kwam Rudy Kousbroek. En via Kousbroek kwam Hugo Brandt Corstius, van wie ik de Opperlandse taal- & letterkunde nog heb (dus als Sacha je niet schrijft, Wouter, geef dan een seintje: dan stuur ik je het boek op). Rudy Kousbroek was ook een liefhebber, als ik het me goed herinner, van dat boek van Fritjof Capra. Hij zal het nu niet meer zijn, weet ik wel zeker.

2 opmerkingen:

Wouter van den Berg zei

We hebben een gevoelige snaar bij u geraakt, Kapelaan! Toch niet slecht he, die niet-religieuze klassiekers? Rudy Kousbroek heeft inderdaad een voorwoord geschreven - niet bij Fritjof Capra, maar bij Gary Zukav, want dat was de schrijver van The Dancing Woolly Masters. Ik heb het boek niet, maar moet het om die reden maar eens proberen te scoren als het boekenmarktenseizoen weer daar is. Het is voor zover ik weet niet in een van Kousbroeks bundels geherpubliceerd. Ook geen verdere verwijzingen naar hem gevonden, behalve een korte in Einsteins Poppenhuis waarin hij over Andreas Burnier schrijft: "Zij denkt dat de rede een soort Kerk is en houdt figuren als Fritjov Capra en Gary Zukav voor 'vooraanstaande Amerikaanse fysici'. Zukav is niet eens een natuurkundige; Capra is dat wel maar hij is óf totaal van Lotje getikt óf een charlatan en vermoedelijk allebei."

Ben Hoogeboom zei

U heeft volledig gelijk, Wouter. U ziet wel dat ik een hoofd vol melk heb. Laatst was ik Karel van het Reve’s recensionele terechtwijzing conpleet vergeten. En nu weer Kousbroeks voorwoord in Zukav’s boek, niet Capra’s boek. Maar ik denk dat hij van Zukav is teruggekomen. Hoewel, ik weet het niet. Ik heb, net als u, dat boek van Zukav nooit gelezen, en Kousbroek lijkt me ook niet de man die zich terugtrekt van een eenmaal ingenomen stelling.
Weet u wat ik het eerste van Kousbroek heb gelezen? Zijn recensie van KvhR’s boek tegen het communisme (prachtig boek). Ik dacht: wat een merkwaardige stijl van schrijven heeft die man! Later kocht ik zijn Anathema’s en de rest van zijn boeken.